De vermiste ossen in de Corteo Storico van 2 juli 1956

Onderstaande foto werd niet bewerkt met een computer maar is het bewijs van wat er gebeurde in de Corteo Storico van de Palio van 2 juli 1956. Zoals we zien werd de Carroccio getrokken door twee ossen in plaats van de gebruikelijke vier.

De Carroccio met de Chianini-ossen werd voor het eerst geïntroduceerd bij de vernieuwing van de kostuums in 1928. De nieuwe kar verving hiermee de door paarden getrokken kar.

Tot de jaren 60 werden de witte runderen te voet naar Siena geleid vanop het landgoed Le Muricce. Zij voorzagen de stad Siena van de dieren om de Carroccio te trekken. Een paar dagen voor de Palio ging Pieri, de commandant van de politie samen met een trommelaar naar de boerderij. Op die manier konden ze de reacties van de ossen testen op geluiden van de Piazza. Als ze onverschillig reageerden werden ze gekozen om de Piazza te betreden.

De ochtend van 2 juli 1956 gebeurde er iets speciaals: een van de geselecteerde ossen weigerde de stal te verlaten. Er werd gekozen om slechts twee ossen mee te nemen naar Siena en de Carroccio voor één maal met twee te trekken in plaats van de gebruikelijke vier.

Het was trouwens een van de laatste jaren waarin de ossen te voet naar Siena werden begeleid. Van zodra ze Montarioso bereikten, sloegen ze af langs de onverharde weg van Vico Alto. Vervolgens trokken ze richting station waarna ze de stad binnengingen via Porta Pispini. Van daaruit werden ze naar de stal van de gemeente in de Casato geleid. Op die manier werden ze uit het drukken centrum van de stad gehouden.

Na de koers gingen ze in omgekeerde richting via dezelfde weg naar huis. Heden ten dage worden de ossen met een opligger naar de stad gebracht.