Woordenschat

A

ALFIERE vaandelzwaaier
ALLEATA bevriende wijk (bijna elke wijk heeft één of meerdere geallieerde wijken)
AL PELO rijden zonder zadel (zoals in de palio)
ALZATA de ‘alfiere’ rolt de vlag op rond de stok en werpt deze de lucht in
AVVERSARIA de vijandige wijk

B

BALZANA naam van het embleem van de stad Siena (zwart en wit)
BANDIERA verwijst naar de vlaggen van de Sienese wijken. De Bandiera is verdeeld in twee delen: de vlaggenmast met een loden gewicht aan het ene uiteinde om verticaal te dalen wanneer het in de lucht gegooid wordt; de zijde van de doek van de vlag is gemaakt van een zeer fijne stof en is versierd met de kleuren en het embleem van de Contrada.
BARATTO het door de vlaggen in de lucht te gooien wisselen van vlag, uitgevoerd door de alfieri tijdens het vaandelzwaaien
BARBARESCO de contradaiolo die zorg draagt voor het paard tijdens de dagen van de palio
BARBERO (1) het paard dat deelneemt aan de Palio (2) in de kleuren van de wijk geschilderd houten balletje (waarmee kinderen spelen)
BENEDIZIONE DEL CAVALLO de dag van de palio wordt het paard rond 15u à 15u30 de kerk ingeleid en krijgt het een zegening (op hoop van goede afloop, lees overwinning)
BEVERONE een mix van koffie en suiker dat vroeger de dag van de palio aan het paard gegeven werd
BRACCIALETTO handgeschilderde lampjes die in de wijken hangen tijdens feestdagen en de dagen van de palio
BOMBOLONE top paard
BRENNA traag paard
BUCARE het winnen van de Palio
BUFALATA 18e eeuws tornooi met buffels in Siena

C

CAMARLENGO penningmeester van de wijk
CAMPANINA de klok van de kerk van de contrada, die de hele nacht door wordt geluid wanneer de contrada de overwinning heeft behaald
CAMPANONE de klok boven in de Torre del Mangia, op het Piazza del Campo
CANAPE het dikke koord waarachter de paarden zich moeten verzamelen voordat de Palio van start gaat
CAPITANO de contradaiolo die tijdens de Palio de leiding heeft over de contrada en de strategie van de race uitdenkt
CAPPOTTO wanneer een contrada zowel de Palio van 2 juli als die van 16 augustus wint
CARRIERA de wedstrijd zelf op de Piazza del Campo
CARROCCIO oorlogskar, die symbool staat voor vrijheid, waarop de Palio (cencio) binnengereden wordt op de Piazza
CASATO de laatste bocht van het parcours, vlak voor de finish
CENCIO het vaandel dat de winnende contrada als beloning krijgt, ook wel palio genoemd (vandaar de naam Palio)
CHIARINA middeleeuwse trompet die nog steeds gebruikt wordt om aankondigingen te doen
COLONNINI kolommen die op de piazza staan en die het schelpvormige uitzicht benadrukken
COMPARSA tijdens de historische optocht voor de Palio voeren de wijken, gekleed in middeleeuwse kostuums, enkele rituelen uit
CONTRADA wijk in Siena; er zijn 17 verschillende contrade en aan elke Palio nemen 10 contrade deel
CONTRADAIOLO inwoner van de contrada die actief bij de wijk betrokken is
CORO een groep contradaioli die zingen ter aanmoediging van ruiter en paard (vooral tijdens de prove)
CORSA de paardenrace zelf, de spannendste minuten van de gehele Palio
CORTEO STORICO een historische stoet met vaandelzwaaiers, ridders en ruiters die voorafgaand aan de Palio door de stad trekt
CUFFIA naam gegeven aan de wijk die het langst niet gewonnen heeft

D

DACCELO de kreet van de contradaioli waarmee ze onder het balkon van de kapiteins om de palio vragen nadat ze gewonnen hebben
DARE I CAVALLI het toekennen van de paarden tijden de Tratta (zie onder) door het lot
DIRIGENZA groep van contradaioli die de contrada leiden gedurende het jaar
DRAPPELLONE de geschilderde Palio vlag
DUCE hoofdkarakter in de stoet (man in harnas met zwaard)

E

ECONOMO contradaiolo die zich bezighoud met de gebouwen die eigendom zijn van de wijk, hij organiseert ook de rondgang tijdens het jaarlijkse feest (of na een overwinning) door de andere wijken
ENTRONE de binnenplaats van het Palazzo Pubblico, waar de paarden zich voor de race verzamelen
ESTRAZIONE de loting van de wijken die mogen meedoen aan de palio (laatste zondag van mei en eerste zondag na de palio van juli)
EXTRA MOENIA buiten de muren van de stad

F

FANTINO de ruiter
FARE BUIO letterlijk: ‘donker worden’, een uitdrukking die door de Sienezen wordt gebruikt om aan te geven dat het veel te lang duurt voordat de Palio van start kan gaan
FARE PULITO het proper maken van de piste door de stadsdiensten voor elke oefenrit
FAZZOLETTO halsdoek die de verschillende contradaioli tijdens de (aanloop naar de) Palio dragen om duidelijk te maken uit welke contrada ze afkomstig zijn
FIANCARE het naaste elkaar staan van ruiters en paarden tijdens de startprocedure
FONTANINA fontein; elke contrade heeft zijn eigen fontein, waar op de dag van de patroonheilige alle nieuwe contradaioli worden gedoopt

G

GIRO stoet van contradaioli die door de stad trekken (behalve door de vijandelijke contrade) de dag wanneer hun patroonheilige wordt gevierd
GUALDRAPPA doek, in de kleuren van de wijk, dat over het paard hangt tijdens de stoet
GUARDAFANTINO contradaiolo die verantwoordelijk is voor het welbevinden van de ruiter

M

MAESTRO DI CAMPO ‘regisseur’ die tijdens de historische optocht zorgt dat deze het tijdsschema volgt. Hij wortd bijgestaan door de Rotellini di Palazzo
MANGINO staat het dichtst bij de kapitein en maakt samen met hem de akkoorden de dagen voor de palio
MASGALANO prijs voor de contrada die in juli en augustus het mooiste optreden heeft verzorgd tijdens de optocht over het Piazza del Campo
MATERASSI de matrassen die in de hoek van het Piazza del Campo zijn geplaatst, zodat de ruiters en paarden niet al te hard terecht komen als ze uit de bocht vliegen
MONTURA kostuums die de wijken dragen tijdens de stoet of tijdens hun ‘giro’
MORTARETTO kanon dat afgaat net voordat de paarden uit het stadhuis komen. Na de palio gaat het kanon 3 maal af
MOSSA hier stellen de paarden zich op (achter il canape) en wordt het startsein gegeven door de 10e en laatste wijk
MOSSIERE degene die alle paarden naar het startpunt roept en erop toeziet dat de ruiters hun paarden juist opstellen
MUSEO museum; elke contrada heeft zijn eigen museum, waar alle gewonnen vaandels, oude kostuums en andere herinneringen aan eerdere races te zien zijn

N

NERBARE slaan met de zweep op het paard (of de tegenstander)
NERBO zweep
NERBO LEGATO gedragsregels die gevolgd worden tijdens de race. De naleving daarvan is vooral belangrijk tijdens de start. Op dit punt riskeren overtreders diskwalificatie voor een volgende race (tegenovergestelde van Nerbo Sciolto).
NONNA letterlijk: ‘oma’, de contrada die het langst geen overwinning heeft weten te behalen

P

PALCHI de tribunes vanwaar je de Palio kunt aanschouwen – mits je een goedgevulde portemonnee meeneemt
PALIO met Palio wordt zowel de paardenrace zelf bedoeld als de prijs die de winnende contrada mee naar huis mag nemen: een uniek vaandel dat elke keer door een andere kunstenaar ontworpen wordt
PARATTA ruiter die een andere ruiter of paarden de wegafsnijdt en afhoudt
PARTITI geheime afspraken gemaakt door de Mangini, de kapitein en de Contrada-afgevaardigden de dagen voor de Palio met het oog op het creëren van een alliantie van gunst of ongenade tegen de andere Contrade.
PIATTO plaat van massief zilver op het hoge deel van de paal van de Palio vlag. «Cena del Piatto» : overwinningsdiner van de “contradaioli” die de Palio gewonnen hebben. Het winnende paard, de jockey en de oudsten van de stad zitten aan het hoofd van de tafel.
PIAZZA DEL CAMPO één van de mooiste pleinen ter wereld
PIAZZA (of Campo) is de plaats waar de Palio gereden wordt
PRIORE leidt de wijk gedurende het jaar (tijdens de dagen van de Palio zijn dit de kapiteins en de mangini)
PROVA ruiters en paarden bereiden zich voor op de Palio door een aantal keer een ‘proefronde’ te rijden op het Piazza del Campo – erg leuk om dan even te gaan kijken, zeker ’s ochtends kun je voor een schijntje op de tribune plaats nemen
PROVA GENERALE de generale repetitie, de avond voorafgaand aan de Palio
PROVE DI NOTTE 2 dagen voordat de paarden worden toegewezen aan de contrade galopperen ze ’s ochtends om 5 uur over het Piazza del Campo om de fysieke paraatheid van de paarden te testen
PUGNA antieke spel, net als boksen, dat de Sienezen speelden in het midden van de Piazza in de middeleeuwen. Het was een blote vuist free-for-all en er waren altijd veel gewonden en soms zelfs doden
PURGA wordt gezegd tegen de vijandige wijk na een overwinning (neem deze bitter pil)

Q

QUATTROGIORNISTA iemand die zich slechts tijdens de Palio aansluit bij een contrada

R

RINCORSA de contrada die in rincorsa staat, moet als laatste het startgebied (het gebied tussen de touwen) betreden – zodra het paard binnen de touwen is, mag de race van start gaan
RINGOLLATA het winnen van de Palio in augustus als de tegenstander de Palio van juli in de wacht heeft weten te slepen
RIONE het grondgebied van de contrada
RIVENDUTO een contradaiolo die zijn contrada verlaat om zich bij een andere aan te sluiten

S

SALVA overeenkmost tussen kapiteins over het geven van geld aan een andere wijk in het geval van een overwinning
SAN MARTINO de moeilijkste bocht op het parcours
SBANDIERATA het zwaaien met de vlaggen door de 17 wijken op het einde van de historische optocht
SCOSSO een paard zonder ruiter. Mocht dit paard als eerste over de ‘streep’ komen dan wint het, mits hij zijn Spennacchierra nog op zijn kop heeft staan
SGABELLI Sienese term duidt op een Contrada die sterk is beinvloed of ondermijnd door het reilen en zeilen van een andere Contrada. Gebruikt als een belediging voor een Contrada niet in staat is om een eigen Palio te rijden
SIGNORI DEL BRIO delegatie van nobele Sienezen door het volk gekozen. Financieren en houden toezicht op de Palio. Deze delegatie (nu de naam “Deputati della Festa”) financieren de Palio niet meer
SOCIETA’ plek waar de contradaioli elkaar ontmoeten, samen eten en angstvallig de vorderingen van hun paard in de gaten houden
SOPRALLASSO paradepaard waarop de ruiter zit tijdens de stoet
SOPPRESSE onderdrukte (dode) contrada’s die opgenomen worden in andere wijken. Dit waren : Vipera, Leone, Gallo, Quercia, Orso, Spadaforte.
SPENNACCHIERA een stoffen versiering in de kleuren van de contrada die aan het hoofd van het paard wordt bevestigd
STALLA de stal van het paard, vaak mooi versierd en ten tijde van de Palio goed bewaakt
STAMBURATA het geluid van de trommelaar die de vaandelzwaaiers vergezelt, hetgeen in juli en augustus overal in Siena te horen is
STECCONATA houten omheining die de piste afbakend
SUNTO bijnaam van de klok van de Torre del Mangia op het Piazza del Campo

T

TAMBURINI de trommelaars, die in aanloop naar de Palio dag en nacht oefenen op een pleintje in de eigen contrada en meelopen in de vele optochten, vaak vergezeld van de vaandelzwaaiers
TERZO de stad is opgedeeld in 3 delen : Terzo di S. Martino, Terzo di Città, Terzo di Camollia.
TONDINO rondje dat de ruiters doen voordat ze door de starter tussen de touwen geroepen worden (enerzijds om druk af te laten, anderzijds om nog enkele laatste akkoorden te maken
TRATTA op 29 juni en 13 augustus worden de paarden die door de strenge keuring van dierenartsen van de gemeente Siena zijn gekomen getoond aan de verschillende contrade; ze rennen een aantal rondjes om het plein zodat de capitani kunnen zien wat hun kwaliteiten zijn en vervolgens worden ze toegewezen aan de 10 deelnemende contrade
TUFO de zandsoort die op het Piazza del Campo wordt aangebracht en waarop de paarden de Palio rijden

V

VERROCCHIO plaats waar de Mossiere staat aan de start
VERROCCHINO paaltje waar het tweede touw aan hangt (wanneer de 10e hier voorbij komt de de snuit van het paard gaat de koers van start)

Z

ZUCCHINO helm gedragen door elke fantino om hem te beschermen in het geval van een val of een van de klappen van de zweep geslagen door een andere ruiter

Laatste aanpassing : 25 augustus 2013