9 settembre 1900

Nicchio wint onverwacht de Palio, nadat ze sinds 1878 wachtende waren op een nieuw succes

De Palio van augustus wordt uitgesteld tot 9 september, na het overlijden van van koning Umberto I op negenentwintig juli in Monza. De tratta vindt plaats op 6 september: de beste paarden gaan naar Oca, Nicchio, Pantera, Drago en Torre. Deze laatste heeft met de snelle Sultana de winnares van de vorige Palio in de stal.

De derde prova is zeer levendig; door de grote verwarring laat de mossiere de canape twee keer vallen waardoor de fantino van Torre zich terugtrekt na de tweede poging.

Weinig verandering van fantino bij de contrade: Scansino vervangt Tabarre in Leocorno; Bellino neemt de plaats van Massimino in Nicchio over.

De regen ruïneert de Corteo Storico. De carroccio maakt niet eens de ronde over de Piazza. Het is de bode van de gemeente die de drappellone naar de Palco dei Giudici brengt.

De koers zelf is zeer zwaar bevochten. Leocorno start als eerste, op de voet gevolgd door Torre en daarachter Pantera en Nicchio. Favoriet Oca zit achteraan.

De fantino van Leocorno houdt de fantino van Torre achter zich en slaagt erin om als eerste te draaien in San Martino. Na een paar meter krijgt de comeback van Oca vorm en nemen ze via de buitenkant over.

In de Casato wordt Bozzetto echter ingehaald door Chiccone. Oca komt ten val en probeert de rivaal tegen de tribune te duwen. Torre staat bijna stil. De directe achtervolgers profiteren hiervan: Leocorno, Pantera en Nicchio blijven strijden om de overwinning.

De superioriteit van Nicchio’s paard stelt Bellino in staat de drappellone naar Pispini te brengen. Achter Leocorno is het vooral Pantera die de terugkeer van Torre belemmert.

Voor de nichiaioli barst het feest los, ze wachten immers sinds 1878 op een nieuwe overwinning. Voor fantino Bellino uit Monteroni d’Arbia, is het een persoonlijke cappotto, de derde overwinning op rij en de vierde en laatste in een even korte als fulminerende carrière.

De controverse over het gedrag van Pantera, die ervan wordt verdacht Nicchio te hebben begunstigd wordt door de priore van Pantera, Alfredo Morichelli, afgedaan als dwaze beschuldigingen.

Een laatste curiositeit is dat de kapitein van de Pantera, Carlo Merlini, co-auteur was van de drappellone samen met Pietro Loli Piccolomini.