Deel  4 – La  Mossa :  “(la rincorsa è) entrata fiancata, la Mossa è valida”

“(De rincorsa is) binnengekomen langs de zijkant, de start is geldig” brult Franco Masoni, directeur en commentator van Canale3 Toscana, al meer dan dertig jaar als de start geldig is. Maar wanneer is de start geldig of polemischer gesteld waarom zijn er zo weinig starten officieel ongeldig zodat men moet overgaan tot het openen van een tweede “busta” met een andere startvolgorde? Ik heb een één keer gezien in 1987 en daarna nooit meer. Het lijkt mij onmogelijk dat de mogelijkheid van een tweede busta zich nooit meer heeft voorgedaan in de volgende 57 Palio’s en toch is het zo.Zoals gezegd , heb ik het zelf één keer rechtstreeks gezien en het was een ongeziene farce, en toch de enige mogelijkheid om uit een totale impasse te geraken. Op 16 augustus 1987 was Drago rincorsa met Martino, een matig paard dat zich tot dan toe normaal had gedragen. In de prove ging Martino binnen de touwen en op zijn plaats staan. Aanvankelijk zag het er naar uit dat Falchino binnen geredelijke tijd de start zou geven na een akkoord met één of meer contrade. Na 20 minuten begon men zich ongerust te maken. Martino deed een beetje moeilijk als Falchino hem dichter bij de opening bracht  tussen het achterste touw en de afsluiting van de tribune aan de start om eventueel zijn rincorsa in te zetten. En toen begon het uit de hand te lopen. Martino bleef stokstijf staan, weigerde een stap vooruit te zetten, Falchino probeerde een afleiding, ging verder achteruit om dan sneller naar voor te komen, Martino weigerde en stond plots op ruim 60 meter van de start in de Casatobocht. Politiemannen leiden Martino naar de start, en het paard blokkeerde zijn voorpoten als een ezel. En toen, na bijna 1 uur startprocedure, trok een politieman Martino bij de teugels vooruit tot net voor de opening waar het paard opnieuw blokkeerde, de mossiere liet het voorste touw vallen en de mortaretto knallen ten teken van een valse start. Iedereen naar de Entrone, opening van een nieuwe busta. Martino werd  vooraf zonder rekening te houden met zijn juiste startplaats door de fantino van Drago binnen de touwen geleid, Selva rincorsa en binnen de 10 minuten weg. Falchino sprong onmiddellijk van zijn paard en nam niet deel aan de koers, strafbaar volgens het reglement, maar door de vingers gezien want een wijze beslissing.

Waarom was dit een farce en niet correct? We naderen nu het hart, de kern van de Palio als koers want de start wordt nog altijd gezien als de meestal beslissende fase.

Artikel 65 zegt : “De start heeft plaats als de mossiere het touw laat vallen met de bedoeling de paarden te laten vertrekken. De mossiere is de enige rechter, en waartegen geen beroep mogelijk is, van het ogenblik waarop de start moet gegeven worden en van de geldigheid ervan “.

En wanneer kan de mossiere overgaan tot de opening van een tweede “busta” met een andere startvolgorde?

Artikel 65 zegt ook dat na een knal van de mortaretto die de koers stillegt, de ruiters hun paarden moeten afremmen en voetstaps naar

  • “de start gaan, als de mossiere gedwongen is geweest het starttouw te laten vallen, voor om het even welke reden, zonder dat hij echter de start wilde geven”

Dit wil zeggen dat de starter niet van plan was de canapo te laten vallen en een start te geven. De mossiere heeft de koord laten vallen omdat hij gedwongen was, meestal om valpartijen van forcerende ruiters te verhinderen. Er is dus nooit een start geweest, alleen een ingreep ter beveiliging  van ruiters en paarden.

  • “naar de Cortile van het Stadhuis gaan, als de mossiere de bedoeling had de start te geven, maar deze naar zijn oordeel niet geldig was “

Voeg daar artikel 85 punt 6 aan toe : “Als de eerste start niet geldig is, wordt de operatie (van het openen van een tweede tube) herhaald”.

En hebben we een “tweede busta” en een nieuwe startvolgorde.

De vraag van 1 miljard is : wat moet er gebeuren opdat de mossiere die de mossa wilde geven  oordeelt dat die uiteindelijk niet geldig is en er een tweede busta nodig is? 

Ik moet het antwoord schuldig blijven op basis van wat ik heb gezien in ca. 60 Palio’s.

Passen we de theorie even toe op praktische voorbeelden.

Op 16 augustus 1987 kan of mag de Mossiere niet de bedoeling gehad hebben de paarden te laten vertrekken en de start geldig  te verklaren want hij liet het starttouw vallen toen de hals van Martino nog niet ter hoogte van de verrocchino was, maar net voor de opening naast de tweede koord.  Bovendien wilde de rincorsa eigenlijk niet vrijwillig binnenkomen en de start geven, maar werd hij geforceerd door een politieman. Dit botst met de ongeschreven wetten betreffende de rechten van de rincorsa en de mossiere weet dat hij die wetten moet respecteren. Maar er was geen enkele andere mogelijkheid in dit geval.

Op  2 juli 1991 zijn de paarden wel terug naar de entrone gegaan en toch is er geen “tweede busta” geopend  omdat de mossiere op geen enkel ogenblik de kans heeft gehad de start geldig te verklaren. Er was zelfs geen poging tot start geweest, de rincorsa was nooit in de buurt van het tweede koord geweest en de mossiere mocht de rincorsa niet buiten laten staan. Men is naar de entrone gegaan omwille van de invallende duisternis. Correcte beslissing : geen nood aan een tweede busta.

Gaan we terug naar artikel 65 punt ade mossiere laat gedwongen de koord vallen maar had niet de bedoeling een start te geven. Wat bedoelt men met “voor om het even welke reden”.

Ervaring leert ons dat de mossiere de koord laat vallen zonder de bedoeling van een start als :

  1. hij de start “te jong” vindt : de rincorsa komt, enkele ruiters starten te snel en het touw valt om een valpartij te verhinderen na botsing met de koord.

Hierover wordt steeds gepolemiseerd, maar het is meestal een discussie over tientalle centimeters, bepaald door een voor- of afkeer van een contrada. En soms is zo’n start geldig, soms niet.

  1. hij ziet dat één of meerdere ruiters trachten de koord en dus de start te forceren terwijl de rincorsa helemaal buiten staat.

Hierover is er geen polemiek. Dit is een overduidelijke kwestie van gezond verstand en denken aan de veiligheid van paarden en ruiters. Polemieken ontstaan soms later als een ruiter voor dit gedrag niet wordt gestraft of slechts een verwittiging krijgt terwijl hiervoor vroeger vaak keihard werd opgetreden met diskwalificaties.  Lees voor een beter begrip :  Deel 2 en Deel 3 van de Swinging Sixties in Siena : meer bepaald de gepeperde straffen achteraf voor Mezz’etto in 1966 en Ciancone in 1967.

  1. hij een ernstig incident opmerkt tussen de touwen en hij de andere contrade in veiligheid wil brengen : dat gaat van een valpartij van fantino of paard tot  de rodeo van de eeuw : op 3 juli 1992 begonnen Aquila en Pantera aan de meest spectaculaire uitwisseling van zweepslagen ooit, en dan nog wel tussen de touwen wat verboden is. De nerbo mag pas gebruikt worden na de start. De mossiere liet de koord vallen zodat iedereen kon ontsnappen aan de confrontatie.

Geen enkele discussie mogelijk dat de ingreep correct is.

  1. hij ziet dat te veel contrade niet op hun plaats staan of één of twee wel erg ver van hun plaats of  wanneer rivalen mekaar opzoeken tussen de touwen en hun toegewezen plaats verlaten.

Altijd polemiek vermits het niet mag maar door de mossiere kan aanvaard worden binnen bepaalde limieten. De feiten zijn in theorie achteraf steeds strafbaar.

  1. hij ziet dat paarden schuin staan en daardoor andere contrade hinderen of zelfs ronduit blokkeren, of geen ruimte laten aan een contrada om zich op de juiste plaats te zetten.

Altijd polemieken over de al dan niet correcte interpretatie van de feiten door de starter.

Merk op dat in het hoger vermelde voorbeeld van 3 juli 1981 Bastiano opzettelijk werd gehinderd door Drago bij de start, en de mossiere de start toch goed gaf.

  1. Eén of meerdere paarden en ruiters blijven in de koord hangen die niet snel genoeg is gevallen bij het binnenkomen van de rincorsa.  Dit gebeurt soms en wordt beschouwd als een falen van het mechanisme. Ik heb het nog nooit gezien in Palio zelf, wel in prove en mossieri zijn dan niet altijd consequent : soms gaat de prova door en soms wordt de start geannuleerd.
  2. Hij ziet dat een contrade omgekeerd staat in verkeerde rijrichting op het moment dat de rincorsa binnenkomt, en bijgevolg benadeeld is.

Zeer zware polemieken omdat het vaak gebeurt dat de mossiere hier de start wel goed geeft i.p.v hem te annuleren als niet geldig. In theorie verwacht men altijd een annulatie omdat er opnieuw een ongeschreven wet is die zegt dat de mossiere er moet op toezien dat iedereen kan starten. Het staat evenwel niet expliciet in het reglement, en is zelfs geen norm, dat de mossiere de belangen van alle contrade moet beschermen.

Dit is trouwens één van de mooiste momenten die men bij een start kan meemaken, vooral als er rivalen bij betrokken zijn. Rivaal A moet de start geven en ziet plots dat zijn rivaal B buiten positie staat, achteruitgedrumd of met een draaiend paard. A sluipt naar de start, heel het plein heeft het gezien en men hoort de gespannen verwachting uit tienduizende kelen van ” hij gaat binnenkomen en hem liggen hebben”. Op dat ogenblik moet de mossiere een keuze maken : de start goed geven en een contrada beletten behoorlijk te kunnen starten en haar kansen verdedigen, of annuleren en deze contrada in bescherming nemen maar de rincorsa straffen voor een attente actie. Ervaring leert dat de meeste mossieri deze start goed geven. Op 17 augustus 1966 bleef Aceto, omgedraaid en totaal verrast, staan bij de start. Op 2 juli 1967 gebeurde hetzelfde met Canapino voor Tartuca. Hij aarzelde even, startte met 50 meter achterstand en won.

Dit zijn argumenten van de starter om een start te annuleren als niet geldig en zonder dat hij ook maar de bedoeling had deze start wel geldig te geven zodat men niet overgaat tot een tweede “busta”.  Dit waren vroeger ook de argumenten om wel over te gaan tot een nieuwe “busta” .  Waar zit dan het verschil tussen voor en na 1987?

De nieuwe tendens is om niet over te gaan tot een tweede busta, alle starten annuleren die om één van de hogervermelde redenen annuleerbaar zijn. Maar soms worden deze starten wel goed gegeven!  Wat de ene starter goed geeft, annuleert een andere, en soms reageert dezelfde starter verschillend op tweemaal dezelfde situatie. Het zal dan ook niemand verbazen dat de kritiek op de mossiere achteraf van lichtjes verwijtend tot ronduit vernietigend is. De perfecte start hebben we al decennia niet meer gezien.

Sergio Profeti  is van oordeel dat men al veel vaker had kunnen, zelfs moeten overgaan tot een tweede busta maar dat er meerdere doorgaans drogredenen zijn om het niet te doen. We vernoemen de belangrijkste : de angst voor steeds langer durende startprocedures met verminderde luciditeit van ruiters en vooral van paarden, de vaak onbestrafte  koppigheid van ruiters die het reglement niet respecteren maar er achteraf straffeloos van afkomen wegens een zwak optreden van het bevoegde stadsbestuur, mossieri die minder “Spitzengefühl ” hebben om aan te voelen dat men in een impasse aan het belanden is en vooral hoe er uit te geraken door aanwenden van autoriteit en gezond verstand, en natuurlijk de schrik dat na een reeds lange startprocedure en een “nieuwe  busta ” met allicht precies dezelfde startproblemen, men vaak de Palio zal moeten uitstellen bij het ondergaan van de zon en de volgende dag herbeginnen.

Legitieme vraag : waarom worden al deze randgevallen niet gecodificeerd in het reglement van de Palio? Antwoord van de experten : omdat totale codificatie onmogelijk is, er zal steeds een ander niet voorzien geval bijkomen. En bovenal  codificatie leidt  tot het verdwijnen van de “noodzakelijke  elasticiteit ” in een spel dat zo gecompliceerd is als de Palio van Siena. Alleen menselijke interpretatie kan soelaas brengen.

En zeg nu zelf : bestaat er iets mooier als een heerlijk  “imbroglio”  of een knoeiboel in de Palio van Siena? Stof om een hele winter mee te vullen tot het terug lente wordt en de voorbereidingen van de volgende Palio beginnen met precies dezelfde heerlijke problemen, en achteraf ruzies tot de volgende …… enz ….

Lees ook deel 1, deel 2 en deel 3

door Jan Gilliams