www.palio.be - dal Belgio con amore
2 luglio 1903
Verslag
Drago wint verrassend de Palio met Zaraballe op Colombina
De tratta zit vol met begeerde paarden. Veel contrade hebben dan ook hoge verwachtingen. De grote favoriet is Nicchio met een morellino di Gaetano Benigni. De vierde prova en de Provaccia worden afgelast omwille van de regen. Veel fantini veranderen van contrada tijdens de prove.
Favoriet Nicchio kiest Testina en laat Scansino gaan. Deze belandt in Chiocciola die op zijn beurt Sciò naar Oca laat gaan.
Spanziano blesseert zich tijdens de Prova Generale waardoor Nappa in Pantaneto aankomt zonder een prova gereden te hebben.
Tussen de touwen heerst veel verwarring met veel ongevallen als gevolg. Bij de eerste uitlijning komen slechts vijf contrade binnen tussen de touwen. De canapé wordt uit voorzorg neergelaten. Nicchio, Giraffa en Selva vertrekken echter wel. Het kanon gaat af, Giraffa valt en fantino Pallino raakt verstrikt in de teugels en weigert opnieuw te paard te gaan. Ook het paard van Nicchio heeft een klap gekregen.
Het duurt een hele tijd om Pallino opnieuw te overtuigen. Opnieuw veel verwarring tussen de touwen. Drago overweldigt Civetta die ten val komt.
Na een lange tijd komt dan toch een geldige mossa. Montone, Nicchio, Drago, Torre en Leocorno beginnen als eersten.
In een wervelwind van zweepslagen komen we aan in San Martino met Picino aan kop. Nicchio gaat richting matrassen en verliest hier de Palio. Ter hoogte van de Palco delle Comparse neemt Drago de leiding. Maar in de Casato is het opnieuw Montone die de kop neemt.
Aan het begin van de tweede ronde passeert Zaraballe Picino opnieuw, Torre daarentegen komt ter hoogte van Montone en deelt woedend zweepslagen uit. Ter hoogte van de kapel komt Selva ten val.
De Palio heeft geen geschiedenis meer. Zaraballe uit Puglia leidt Colombina naar de overwinning in de kleuren van Drago. In de momenten na de Palio is er veel angst voor Picino die een messteek in zijn gezicht krijgt.
Assegnazione
1 | – | morello del Beligni | Nicchio |
2 | – | Stornino | Chiocciola |
3 | – | morello di Del Giovane | Valdimontone |
4 | – | morello del Neri | Torre |
5 | – | baio del Cambrini | Giraffa |
6 | – | baio del Papi | Oca |
7 | – | baio del Sampoli | Selva |
8 | – | Colombina | Drago |
9 | – | baio del Naldini | Civetta |
10 | – | storno del Ciacci | Leocorno |
Prove
Il Palio
28 settembre 1902 | 16 agosto 1903 |