De evolutie van de Corteo Storico tussen 1900 en 2000

De kostuums die we in de huidige Corteo Storico zien dateren uit 2000 en maakten hun debuut op de Piazza ter gelegenheid van de Palio Straordinario van 9 september. De uitrusting van de Corteo is gebaseerd op de 14e en 15e eeuw en werden gemaakt met de goedkeuring van een door de gemeenteraad aangestelde commissie die tot taak had de de schetsen te vergelijken met de referentiejaren. Fundamenteel voor het succes van het werk was de economische bijdrage van de Monte dei Paschi Foundation, die meer dan 200 miljoen lire (ongeveer 100.000 euro) bedroeg per contrada. De kostuums van de delen van de stad Siena hebben meer dan anderhalf miljard lire (ongeveer 800.000 euro) gekost.

In de 20ste eeuw werden de kostuums om de 20 à 25 jaar vervangen, concreet in 1904, 1928, 1955 en 1981. In sommige gevallen werd vervolgens een herziening van het schema van de Corteo uitgevoerd.

1904: de gelegenheid om de nieuwe kostuums te inhuldigen was de Palio Straordinario van 17 april, gehouden ter gelegenheid van de opening van de tentoonstelling over oude Sienese kunst. De koning zou aanwezig zijn maar arriveerde enkele dagen voor de koers in de stad, zodat sommige contrade onvoorbereid waren, zodat de uiteindelijke inhuldiging van de kostuums pas tijdens de Palio van augustus plaatsvond. In die Corteo liepen figuranten rond die nu niet meer aanwezig zjn, zoals de vertegenwoordiging van de Magistraat van de Contrade. Daarnaast werd de Carroccio, een reproductie van een middeleeuwse strijdwagen, getrokken door 4 paarden i.p.v. de ossen die we tegenwoordig zien. Er moet ook worden opgemerkt dat veel paradepaarden, waaronder ook degene die in principe de fantino dragen geleid werden door hun ruiter i.p.v. een begeleider zoals we die vandaag zien, deze was niet voorzien. De stoet werd afgesloten door een andere wagen, ook getrokken door paarden en begeleid door 4 bewapende mannen, die een voorstelling gaf van ‘Il Buon Governo” en een bebaarde man met een lang zwart-wit gewaad. Deze strijdwagen, zoals Alessandro Falassi zei, “introduceert de mythe van de gouden eeuw van de Sienese middeleeuwen die volgens de mythe aan de basis ligt van de Corteo en zelfs het feest”.

In verschillende musea van de contrade worden er nog kostuums uit die tijd bewaard. Iets wat niet gezegd kan worden van de kostuums van de stad uit die tijd. Tot enkele jaren geleden werd er vanuit gegaan dat deze volledig verloren zouden zijn, tot ze in 2012 drie kostuums, van de kapiteins van de Terzi teruggevonden hebben in een kist in het gemeentelijk magazijn.

1928: De tweede vernieuwing van de 20e eeuw was er in 1928. Onder impuls van de Sienese historicus Fabio Bargagli Petrucci werden niet alleen de kostuums vernieuwd maar ook het schema waarin de Corteo de Piazza betrad. De nieuwe kostuums haalden hun inspiratie in de Renaissance (1450-1480). De stoet die maandag 2 juli 1928 voor het eerst het plein betrad, kreeg unaniem goedkeuring van de Sienesen en critici. Tal van nieuwe figuren werden geïntroduceerd : een begeleider bij elk paard, il Capitano del Popolo, vertegenwoordigers van de gemeenten en districten rond Siena, muzikanten en soldaten van de stad Siena. Ook de militaire compagnieën en vaardigheden van de contrade kregen aandacht. De page werd bijgestaan door vaandels met daarop het symbool van de vaardigheid van de wijk. De nieuwe kostuums werden gebaseerd op schetsen van bekende Sienese kunstenaars zoals Rofi, Joni, Masignani en Giunti.

Ook de Carroccio werd volledig gerenoveerd. Waar de Carroccio uit 1904 een strijdwagen was getrokken door paarden werd het nu een triomfwagen, ontworpen door Riccardo Meacci. Hij was versierd met houten en bronzen decoraties van Fulvio Corsini en verfraaid met de 17 contrade (ontworpen door Federico Joni). De Carroccio werd getrokken door 4 ossen en begeleid door soldaten. Er bovenop stonden 4 trompettisten en zaten de 4 magistraten van de Biccherna. Tot slot was er een bediende die met de Martinella speelde.

1955: de kostuums werden op 2 juli van dat jaar voorgesteld, dankzij een bijdrage van de Monte dei Paschi. Veel week ze niet af van die van 1928, buiten enkele kleine details werd vooral gezien naar kwalitatief betere stoffen. De meest opvallende wijziging was de “sbandierata finale”. Deze werd in 1919 geïntroduceerd ter ere van de veteranen van de eerste Wereldoorlog. In 1955 werd besloten dat beide vlaggenmannen van de wijk mochten deelnemen. Een jaar later werd echter al beslist om het opnieuw met 1 vlaggenzwaaier per wijk te doen. Iets wat vandaag de dag nog steeds gebeurt.

1981: de laatste renovatie van de kostuums in de vorige eeuw was in juli 1981. In dat jaar werd de Corteo volledig hertekend. Een studiecommissie, benoemd door burgemeester Barzanti in 1970 werkte 10 jaar aan de hervorming. Een van de thema’s was bijvoorbeeld het toelaten van vrouwen in de Corteo Storico. De nieuwe gemeentelijke kostuums, werden gemaakt naar schetsen van Sebastiano Morichelli, Pier Luigi Olla en Ezio Pollai, en waren geïnspireerd op de tijdsgeest van midden 15e eeuw tot begin de eeuw.

De schetsen voor de kostuums van de 17 contrade werden gemaakt door boven vernoemden, aangevuld door Bruno Marzi, Gino Giusti, Anna Anni, Ilio Lorenzini, M. Pia Zani en Donato Martelli. Wel 600 figuraten zouden vanaf dan meelopen in de Corteo, een 150 tal meer dan de vorige keren. Er moest dus ook meer plaats voorzien worden om iedereen te kunnen laten zitten. Dit leidde tot een verplaatsing van de Carroccio, die tot 1980, na de ronde op de Piazza achter de tribune voor het stadhuis werd gezet. Vanaf 1981 werd deze in de Bocca del Casato gezet, iets wat ook vandaag nog steeds gebeurt.

Er werden ook nieuwe figuren in de Corteo geïntroduceerd, zoals de Commandanten (eigenlijk voorzien in 1955 maar nooit uitgevoerd), trommelaars van de Palazzo, vlaggendragers van de Terzi, vertegenwoordigers van Massa Marittima en Montalcino, de dragers van de vlag met de ‘arte’ van de wijk, kruisboogschutters, … De Carroccio was ook nieuw, gebouwd naar een ontwerp van Pier Luigi Olla die enkele wijzigingen deed aan het ontwerp van 1928 zoals de vervanging van de panelen van Joni door rode flappen met de wapenschilden van de wijken. Op de Carroccio stonden 8 trompettisten, werden de 4 afgevaardigden van de Biccherna vervangen door 4 van de Balia, een organisatie die ontstaan was met beperkte bevoegdheden, maar die door de eeuwen heen een echte permanente magistratuur werd.

Ook in 1981 werden in augustus reeds kleine wijzigingen aangebracht. De zeven niet deelnemende wijken hadden geen ridder (fantino) te paard meer mee (uitzonderlijk in september 2000 werd dit opnieuw gedaan om de nieuwe kostuums te tonen). Daarnaast liepen ook de 6 wijken die niet meer bestaan opnieuw mee.

Foto’s van www.ilpalio.org