16 agosto 1979

Aquila wint bij vallen van de duisternis de Palio

Na twee Palio’s te hebben verloren met Rimini, een met Panezio en één keer de rivaal hebben te zien winnen moet het nu de grote overwinning worden met Aquila. Aceto krijgt Urbino; die zijn vierde en laatste koers zal rijden en 2 van de 3 voorgaande won.

Afwezig zijn Panezio en Rimini, de andere favoriet is Civetta die voor de vierde keer Quebel naar de stal mogen meenemen. Ze kiezen voor Ercolino, boven Tremoto, die in juli won voor hen op hetzelfde paard.

Oca leent Aceto uit aan Aquila en kiest voor Randa, die op de laatste moment Liscio vervangt en de Palio zal rijden zonder een prova gereden te hebben.

Mossiere Carlo Palmieri bewijst opnieuw dat de delicate rol van starter niet voor hem weggelegd is. Er is veel verwarring tussen de touwen. Terwijl Aceto van broek veranderd wordt de mossiere aangevallen door de stalman en de Mangino (ex fantino Lazzaro Beligni) van Oca. Ondertussen wordt het donkerder en donkerder.

Aceto, die negende staat nodigt Legno van Tartuca uit om binnen te komen. Hij gehoorzaamt en het is Civetta die als eerste weg is.

Ercolino en Quebel doen de Contrada van Castellare dromen van een cappotto. Aquila en Torre zetten de achtervolging in. Quebel lijkt sterker dan Urbino. Ercolino en Aceto delen zweepslagen uit. In de tweede San Martino blesseert de grijze schicht van Civetta zich waarna hij stopt met lopen.

Voor Aquila is het een koud kunstje om de kop over te nemen. Voor Aceto zijn tiende succes ondertussen, een record voor een fantino in de naoorlogse periode.